Tekst
Lettertype

Fijne motoriek oefenen bij peuters en kleuters

Wat is fijne motoriek?

Onder de fijne motoriek verstaan wij hetgeen met de handen wordt gegrepen, gemanipuleerd en losgelaten. Voorbeelden hiervan zijn: kleuren, knippen, kralen rijgen, veters strikken, aankleden en eten met bestek.
Tegenwoordig zitten kinderen veel op de tablet of hebben zij schoenen met klittenband. Hierdoor wordt de fijne motoriek minder aangesproken en dus minder geoefend. Dit kan weleens tot problemen leiden!

Jong geleerd is oud gedaan

De ontwikkeling van de fijne motoriek begint al bij baby’s. Grijpen naar een speeltje, de drinkbeker pakken of een stukje appel uit het bakje pakken zijn voorbeelden hiervan. Het oefenen van deze fijne motoriek maakt dat uw kind er beter in zal worden.
Als uw kind ouder wordt, worden de fijn motorische taken steeds verfijnder. Denk hierbij aan blokken stapelen of kralen rijgen.
Vindt uw kind het leuk om aan tafel te spelen of te knutselen? Dat is een goed teken want zo kan de fijne motoriek zich steeds beter ontwikkelen zodat het leren schrijven later makkelijker verloopt. Schrijven is namelijk ook een onderdeel van de fijne motoriek!
Houdt uw kind juist niet van knutselen? Begin dan met simpele oefeningen en probeer zoveel mogelijk in te spelen op de interesse van uw kind. Houd het leuk!

Plezier tijdens het oefenen van de fijne motoriek

Het belangrijkste tijdens het oefenen van de fijne motoriek is PLEZIER! Op deze manier heeft uw kind niet eens door dat jullie eigenlijk aan het oefenen zijn.
Waar kunt u nog meer op letten:

  • Kan uw kind de pincetgreep?
  • Kan uw kind afzonderlijke bewegingen maken met de vingers?
  • Heeft uw kind het potlood juist vast?

 

 

Om het plezier te vergroten tijdens het oefenen van de fijne motoriek kunt u het volgende doen:

  • Houd de oefenmomenten kort
  • Volg het interessegebied van uw kind
  • Maak de opdracht niet te moeilijk
  • Stel niet direct eisen aan de kwaliteit

Voorbeelden om de fijne motoriek te oefenen

  • Bouwen: maak een toren van kleine voorwerpen uit het huis en probeer deze op elkaar te stapelen zonder dat het omvalt. Het leukste aan bouwen is om het vervolgens om te mogen duwen! Zorg er dus voor dat het niet breekbaar is.
  • Scheuren van papier: de meeste kinderen vinden dit erg leuk om te doen en het voordeel is, het hoeft niet netjes! Is scheuren te makkelijk? Probeer de opdracht moeilijker te maken door te vragen het papier in 4 stukken te scheuren.
  • Kleuren: print een kleurplaat uit in het interessegebied van het kind. Zo is het kind meer gemotiveerd om te kleuren. Zorg dat de vlakken in de kleurplaat niet te groot zijn. Dit vraagt namelijk om krassende en grote bewegingen. Kleine vlakken vragen om kleine bewegingen meer vanuit de vingers. Tijdens het kleuren zouden vragen
    gesteld kunnen worden als: zullen wij de pet van de Marshall rood maken? Of: Welke kleur heeft de jurk van de princes?

Vingerbewegingen en de pincetgreep

Als uw kind toe is aan moeilijkere opdrachten om de fijne motoriek te stimuleren, dan zijn strijkkralen of pinnetjes een mooie vervolgstap. Hierbij wordt een pincetgreep gevraagd (oppakken van een voorwerp tussen duim en wijsvinger).
Hoe kleiner de voorwerpen, hoe moeilijker het is. Is dit nog te makkelijk? Vraag dan eens om de pinnetjes of kraaltjes in de hand te draaien of te verplaatsen. Hierbij mag de andere hand, de tafel of de buik niet gebruikt worden!
Ook is het leuk om de pinnetjes of anders propjes papier of knikkers te verstoppen in je hand en deze tevoorschijn te toveren zonder de andere hand te gebruiken. Verplaats het materiaal vanuit het midden van de hand naar de duim en wijsvinger. Best lastig! Zeker met meerdere pinnetjes, propjes of knikkers in de hand.

Mijn kind houdt zijn potlood niet goed vast. En nu?

Bij peuters wordt vaak gezien dat het potlood wordt vastgehouden met een vuist. Dit is niet erg. Laat uw kind vooral ervaring opdoen met kleuren en tekenen op de manier die hij/zij prettig vindt. De juiste pengreep komt later wel.

Zit uw kind bij de kleuters dan zal er aandacht besteed worden aan het goed vasthouden van een potlood. Dit betekent dat het potlood wordt vastgehouden door duim, wijsvinger en middelvinger en dat het steunt op het gebied tussen duim en wijsvinger.
Als uw kind dit niet lijkt te onthouden, probeer dan eens het volgende. Plak kleine rondje stickertjes of teken rondjes op de plek waar het potlood steun. Vraag uw kind de stickers of de rondjes te verstoppen met het potlood. Uw wilt geen stickers of rondjes meer zien! Als dit het geval is, houdt uw kind zijn potlood goed vast.

Kinderfysiotherapie om te fijne motoriek te verbeteren

Als bovenstaande adviezen niet helpen kunt uw contact opnemen met een kinderfysiotherapeut bij u in de buurt.

De kinderfysiotherapeut weet alles over de fijne motoriek en kan in kaart brengen of uw kind een achterstand heeft in vergelijking met leeftijdsgenoten.
De kinderfysiotherapeut zal een behandelplan opstellen dat specifiek is afgestemd op uw kind en zijn interesses.

Werken bovenstaande adviezen niet? Maak hier uw afspraak! Afspraak maken