Tekst
Lettertype

Scheenbeenirritatie (shin splints) bij kinderen: wat nu?

Inhoudsopgave Toon

Scheenbeenirritatie (shin splints) bij kinderen: wat nu?

Scheenbeenirritatie ook wel “shin splints” of MTSS genoemd, het is een overbelasting van de spieren/peesvliezen aan de binnenzijde van het scheenbeen. Je ziet het vooral bij kinderen en tieners die veel rennen en springen (volleybal, basketbal, korfbal). Goed nieuws: met rustige opbouw en gerichte training herstelt het meestal prima.

Hoe herken je shin splints bij een kind?

  • Drukkende/zeurende pijn langs de binnenrand van het scheenbeen
  • Startpijn die toeneemt tijdens rennen/springen en na afloop kan nadreunen
  • Soms stijfheid in de ochtend of na zitten
  • Meestal beide benen, soms één kant

Twijfel je of het iets anders is (bijv. een stressreactie/fractuur)? Neem contact op als er lokale, scherpe botscheen-pijn is, nacht/rustpijn of duidelijke zwelling.

Waarom ontstaat het?

  • In de groeispurt groeit bot sneller dan spieren/pezen. Tel daarbij op:
  • Te snelle belastingstoename (meer trainingen/wedstrijden)
  • Harde ondergrond of veel sprong-/sprintwerk
  • Schoeisel met weinig demping/versleten zolen
  • Bewegingspatronen: stijf in de enkel/kuit, beperkte heup- en rompstabiliteit

Wat kun je thuis doen?

  • Belasting doseren: tijdelijk minder rennen/springen; kies vaker fietsen/zwemmen.
  • Koelen na het sporten (10–15 min.) en pijngestuurd bewegen in het dagelijks leven.
  • Schoeisel: stevige, passende sportschoenen met goede demping (geen versleten zolen).
  • Ondergrond: afwisselen; liever park/kunstgras dan alleen asfalt.
  • Oefeningen:
    • Mobiliteit: kuitrekken (gebogen én gestrekt knie), enkelmobiliteit (enkelcirkels).
    • Kracht: kuitheffen (twee benen → één been), voorvoet/teenheffen.
    • Controle/balans: staan op één been, later met ogen dicht of op een kussentje.
    • Loop/landingsvaardigheid: korte stapfrequentie, stil landen (knie over tenen, romp stabiel).

De rol van de kinderfysiotherapeut

Bij B&B Kidscare kijken we breder dan alleen het scheenbeen, we kunnen uw kind helpen bij;

  • Screenen op belasting, schoeisel, loop en landingspatroon en groei.
  • Stellen een persoonlijk plan op: wat kan wél, wat nog niet.
  • Trainen ketenstabiliteit (enkel-knie-heup-core) en neuromusculaire controle.
  • Stemmen af met trainer/coach en maken een opbouwschema dat past bij uw kind.
  • Bepalen return-to-sport criteria i.p.v. “na 6 weken mag het”: pijnvrij huppelen/sprinten, 20–25 kuitheffingen per been zonder pijn, 30 sec. stabiel op één been, gecontroleerde landingen.

Terugkeer naar sport: in stappen

  • Fase 1 (rust & pijncontrole): doseren, koelen, basics mobiliteit.
  • Fase 2 (kracht & balans): kuit/voetheffers, heup- en rompkracht, stabiliteit.
  • Fase 3 (loopscholing & springen): pasfrequentie, korte interval, landingsdrills.
  • Fase 4 (sportspecifiek): versnellen, remmen, wenden-keren; herstart trainingen opbouwend (10–15% per week).

Wanneer contact opnemen?

  • Pijn die aanhoudt of verergert ondanks aanpassingen
  • Rust of nachtpijn, duidelijke lokale drukpijn op één punt van het bot
  • Herhaald uitvallen tijdens sport of angst om te bewegen
  • We denken graag mee en zetten een duidelijk, haalbaar plan klaar voor jouw kind.

Over de auteur

melanie